Vreemde paaltjes en vegetatieopnames
Soms kom je tijdens het bekijken van de foto’s naast dieren ook andere dingen tegen. Is het je bijvoorbeeld al opgevallen dat er vaak kleine houten paaltjes te zien zijn? Die staan hier niet zomaar! In deze blog vertellen we je waarom die hier staan en waarom het zo belangrijk is.
Dankzij het werk wat jullie met zijn allen verrichten, weten wij (straks) welke dieren op de foto’s staan, waar ze staan en wanneer. Dit roept echter een hoop andere vragen op. Waarom zien we op bepaalde plekken vaker dieren dan op andere? Waarom staan er op sommige camera’s vaker moeflons en op andere edelherten? Kan het zijn dat sommige plekken aantrekkelijker zijn voor bepaalde dieren en waar komt dat door? En wat voor effect hebben de dieren op de planten die er staan?
Net als wij mensen, zijn dieren vaak liever lui dan moe, en dus zoeken ze de plekken op waar voedsel in grote hoeveelheid staat en waar het makkelijk toegankelijk is. Dieren weten namelijk heel goed waar nou net dat ene plantje staat dat ze zo lekker vinden. Het liefst moet er ook geen gevaar op de loer liggen, want de dieren willen natuurlijk wel een beetje rustig kunnen eten. En dus is een beetje uit het zicht ook wel handig. Door te achterhalen welke dier- en plantensoorten waar te vinden zijn, kunnen we beter begrijpen waarom dieren juist daar zo graag zijn of juist niet.
We willen dan ook graag antwoord op de vele vragen die we hebben. Maar ja, dan moeten we niet alleen weten welke dieren er voor de camera’s staan maar ook welke planten. Dat is dan ook precies wat we zijn gaan uitzoeken. Samen met studenten van de Wageningen Universiteit voeren we zogeheten ‘vegetatieopnames’ en ‘dichtheidsmetingen’ uit. Een vegetatieopname houdt in dat je kijkt naar welke soorten er aanwezig zijn en in welke hoeveelheid. Maar ook wat er met die planten gebeurt. Kunnen we bijvoorbeeld sporen van vraat zien? Dan kunnen we ook ontdekken welke plantensoorten lekker worden gevonden en welke de dieren liever laten staan. De dichtheidsmetingen doen we om te kijken wat de beschuttingsgraad is, of in andere woorden, hoe goed de dieren zijn beschermd tegen gevaar. Vinden dieren het belangrijk dat er veel hoge planten zijn, zodat ze niet zo zichtbaar zijn? De dichtheidsmetingen worden gedaan met een hightech apparaatje: een laser die om zijn as draait en constant laserstralen uitzendt. Als deze stralen worden onderbroken door een plant of boom wordt dat door de laser geregistreerd. Door dit op verschillende hoogtes te doen krijgen we een soort 3D-opname van hoe dicht de vegetatie op elkaar staat.
Het zou natuurlijk een beetje veel werk zijn om dit voor het hele gebied voor de camera te doen. We nemen daarom een soort steekproef. Door een klein stukje te meten, kunnen we toch een goed beeld krijgen van wat voor vegetatie er aanwezig is en wat daar mee gebeurt. Dat is waar die paaltjes om de hoek komen kijken. Ze markeren een oppervlakte van tien bij tien meter: een plot. In deze plots doen we dan de vegetatieopnames. De informatie die we daarmee verzamelen willen we dan koppelen aan de informatie die we via de camera’s binnenkrijgen. Op die manier kunnen we ons beheer nog gerichter uitvoeren. Want we willen goed voor onze flora en fauna zorgen!
Geschreven door: Jonathan Filius (stagiair De Hoge Veluwe)