Cameranetwerk: nuttig voor meer dan alleen hoefdierenonderzoek
In dit artikel van januari over het cameranetwerk heeft u kunnen lezen over de toepassing van onze wildcamera’s. Daarin werd onder andere beschreven welke uitdagingen de camera’s met zich meebrengen gezien het grote aantal foto’s en de manier waarop de camera’s werken. In dat bericht staat ook hoe wij ons cameranetwerk gebruiken voor hun hoofdtaak: het monitoren van onze hoefdierenpopulaties. Maar daarnaast maken de camera’s nog een hele hoop andere foto’s.
Camerabezoekers
Onze camera’s maken geen onderscheid tussen welke dieren er voor de camera’s bewegen. Dit houdt in dat er met enige regelmaat ook andere dieren dan edelherten, reeën, moeflons of wilde zwijnen op de foto staan. Zo maken de camera’s regelmatig foto’s van verschillende vogelsoorten, maar staan ook onze boswachters en onderzoekers soms op de foto. Hoewel vooralsnog alleen de data over hoefdieren actief gebruikt wordt voor onderzoek of management in het Park, worden de foto’s van overige dieren wel zorgvuldig bewaard. Dit betekent dat de data beschikbaar blijft, mochten we in de toekomst besluiten hier toch onderzoek mee te doen.
Verschillende foto's van dieren gemaakt door de wildcamera's. V.l.n.r. : een konijn, een nijlgans met jongen, een das en een koolmees.
Meer dan alleen foto’s van dieren
De camera’s maken een foto wanneer er iets voor de camera beweegt, maar daarnaast maken de camera’s ook elke dag om 12 uur ’s middags en 12 uur ’s nachts een foto. Dit doen ze zodat gecontroleerd kan worden of alle camera’s nog werken. Wanneer de camera’s geen foto’s maken op deze vooraf ingestelde momenten, weten we dat er iets mis is met de camera en wordt deze vervangen. Om te controleren wat er mis is met de camera’s worden ze opgestuurd naar de Wageningen Universiteit en indien mogelijk gerepareerd. Gerepareerde camera’s worden in de toekomst weer gebruikt om andere camera’s te vervangen. Naast deze controle levert dit ook voor elke camera minstens twee dagelijkse foto’s op, wat met de vele camera’s en het verstrijken van de tijd leidt tot een constant groeiende grote verzameling foto’s. Deze foto’s kunnen dan weer gebruikt worden voor andere (toekomstige) onderzoeken of activiteiten.
Veranderingen in het Park
In de natuur zijn heel veel processen gebonden aan de seizoenen van het jaar. De cyclus van winter, lente, zomer en herfst zorgt voor veranderingen van de temperatuur en de hoeveelheid regen die valt gedurende het jaar. Dit heeft op zijn beurt weer invloed op wanneer de planten in het Park tot bloei kunnen komen, maar ook wanneer de dieren bijvoorbeeld hun wintervacht moeten aanmaken of verliezen. Wanneer er van elke dag foto’s zijn van dezelfde plek in het Park zouden we deze foto’s niet alleen met andere plekken in het Park kunnen vergelijken, maar ook met foto’s van dezelfde plek in voorgaande jaren. Aan de hand van deze informatie kunnen verschillende nieuwe onderzoeken worden gedaan. Door bijvoorbeeld te vergelijken wanneer planten beginnen met bloeien kan gezien worden of dit moment verschilt per jaar. Als deze bloeiperiode zou verschuiven naar eerder in het jaar zou dit bijvoorbeeld kunnen worden gekoppeld aan het steeds warmere weer door de effecten van klimaatverandering. Dit soort onderzoeken beginnen ook in andere plekken op de wereld steeds meer op te komen. In 2020 is er in de Verenigde staten een onderzoek gestart hoe het begin van de wintervacht van hazen gemeten kan worden aan de hand van foto’s uit wildcamera’s1. Terwijl er in Canada onderzoeken wordt gedaan naar het bepalen van de start van de bloeiperiode van sparren aan de hand van foto’s uit wildcamera’s. Deze laatste studie maakt daarbij gebruik van kunstmatige intelligentie, namelijk een computer die zelf bomen in de foto’s herkent2.
Beheersmaatregelen: De corridor
Binnen het Park hechten we veel waarde aan biodiversiteit. Om deze te behouden en bevorderen staat het Park nooit stil. Onze afdeling Bedrijfsvoering is dag in dag uit bezig met het bedenken en uitvoeren van verschillende beheersmaatregelen. Al onze beheersmaatregelen zijn gebaseerd op monitoring en onderzoek in het Park zelf. De camera’s in het Park leveren ons ook de unieke kans om al deze verschillende beheersmaatregelen te blijven controleren en evalueren. Zoals de aanleg van onze corridors in 2016: door middel van het kappen van kleine stukken bos werden verschillende Europees beschermde heideterreinen aan elkaar verbonden waardoor het leefgebied van verschillende beschermde dier- en plantensoorten werd uitgebreid. Zo werd tijdens de aanleg van de corridor aan de oostzijde van het Park ruimte gemaakt voor zeldzame plantensoorten zoals de grote en kleine wolfsklauw en de kleine schorseneer. De verbinding kan ook worden gebruikt door de twee (deel)populaties van insectensoorten zoals de heivlinder, kommavlinder en de boszandloopkever. De effecten van dit soort beheersmaatregelen zijn natuurlijk niet gelijk vanaf dag één te zien, maar dankzij onze camera’s kunnen wij de effecten over meerdere jaren blijven volgen.
Foto’s van het gebied in de corridor. Links: een foto uit 2013, voor de aanleg van de corridor. Rechts: een foto uit 2021, na de aanleg van de corridor.
Video
In de bovenstaande video laten we zien hoe de camera’s een duidelijk beeld kunnen geven van de veranderingen die plaatsvinden in ons Park. In de beelden van 2015 en 2016 is het verstrijken van de seizoenen goed te zien aan de groei en het verlies van bladeren gedurende de verschillende seizoenen. Daarnaast is ook te zien hoe in 2016 ruimte gemaakt wordt voor de aanleg van de corridor.
Al met al merken we dat het cameranetwerk ons al veel nieuwe inzichten heeft gegeven in zowel het onderzoek naar als het beheer van het Park. Binnen het Park zijn we altijd op zoek naar nieuwe mogelijkheden voor onderzoek en ontwikkelingen voor het beheer. En wie weet blijkt onze foto “bijvangst” binnenkort een waardevollere schat aan informatie.
J. Holtrop BSc, Stagiaire Bedrijfsvoering