Nieuws van boswachter Henk Ruseler: februari
Velen ervaren de eerste maand van het jaar als eentje waar geen eind aan lijkt te komen. Geloof me, het is een mentale malentendu, die je op veel manieren kunt verbannen. Zo was ik in januari bij een wondermooi concert van Het Jeugdorkest Nederland in de Grote of Lebuinuskerk te Deventer. Sinds 2019 vormen zij samen met het Nationaal Jeugdorkest de Nationale Jeugdorkesten Nederland (NJON): dé plek voor talentontwikkeling op topniveau en een organisatie waarvoor De Hoge Veluwe al vele jaren in augustus graag een podium beschikbaar stelt.
Dikwijls vinden deze concerten op de binnenplaats van Jachthuis Sint Hubertus plaats maar enkele jaren geleden wist ik jonge musici te strikken om ‘mijn kindje’, Het Vroege Vogel Concert, tussen de Fundamenten van het ‘Groot Museum’ op een bevallige manier glans te geven. Muziek en natuur; een verkwikkend ensemble.
Dus wandelde ik de afgelopen tijd, ongeacht weersomstandigheden, om de dag door Berg en Bos, Kroondomein Het Loo of over het Park. Hoezeer ik af en toe ook geplaagd werd door vervelende botpijntjes die mijn actieradius ietwat beperkten, een belangstellende roodborst naast mij op de boomstam waarop ik even rustte, het frisse groen van ontluikende kamperfoelie langs het pad of een wijds uitzicht waardoor mijn blik in het landschap verdwaalde; altemaal stimulans onderweg naar februari.
Voor degene waarbij januari op een ongetraind hollen van een marathon leek; je hebt de finish gehaald, de winter zet zijn slotakkoord in! Merkbaar lengen de dagen en zoetjes aan komt er weer leven in de brouwerij. Tijdens mijn wandelingen hoorde ik vorige maand al de roep van de zwarte specht, het ver dragende en klaaglijke roep "kli-èèèhh", dan weer een luid "kru-kru-kru-kru…", wanneer de vogel vliegt. Het aantal broedparen van zwarte specht lijkt, na een teruggang in de tachtiger jaren, te zijn toegenomen. Mogelijk hebben zachte winters en een toename van dood hout in de bossen een positief effect op deze prachtige spechtensoort, die als standvogel het hele jaar in ons land verblijft. Gegevens over het aantal broedparen in het Park heb ik zo even niet voorhanden, maar in de oude loofbossen van het noordelijk- en zuidelijk deel van De Hoge Veluwe maak je kans om deze zeldzame en schuwe zwarte specht te horen. Wanneer je ooit in de gelegenheid bent om er eentje te zien heb je geluk, want het is een prachtige vogel.
Na een vertraagde drachtperiode, worden deze maand diep onder de grond, in een door het vrouwtje speciaal ingerichte geboortekamer, de jonge dassen geboren. Voordien heeft de vrouwtjesdas dit gedeelte van het hol opgeschoond en voorzien van een dikke laag nieuw nestmateriaal. Dassenburchten worden vele generaties lang gebruikt. Ter controle of er in zo’n burcht dat jaar jongen zouden worden geboren, heb ik bij het nalopen ervan regelmatig enkele schedels van opa- of oma das (herkenbaar aan het sterk afgesleten gebit) in het oude naar buiten gewerkte nestmateriaal gevonden.
Jonge dassen zijn erg kwetsbaar; ze zijn klein en worden met gesloten oogjes geboren. Het vrouwtje heeft het nest goed geïsoleerd, want jonge dassen (meestal 2 tot 3 per worp) kunnen hun temperatuur nog niet reguleren. Dat komt pas na een paar weken. Bijna direct na de bevalling wordt het vrouwtje, onder dassenkenners zeugje genoemd, weer vruchtbaar en in trek bij de mannen, de beertjes. Om haar jongen tegen verdrukking door het ongeveer 13 kilo zware mannetje te beschermen, paart zij in een ander gedeelte van de burcht. In de eerste 6 tot 8 levensweken blijven de jongen ondergronds, daarna gaan ze voorzichtig de wereld boven verkennen. Dassen zijn vooral ’s nachts actief, dus zien wij ze zelden. Toch kun je ze tijdens lange zomeravonden soms op de wildweiden bij de wildobservatieplaatsen Koeverbos of Schuilkelder naar voedsel zien zoeken.
Met het lengen van de dagen nemen de kansen op het zien van reeën en edelherten toe. Wie het geluk heeft om deze maand een volwassen reebok te spotten, kan zien dat zijn bastgewei nagenoeg is voltooid. Tegen het einde van deze maand zullen de oudere bokken hun gewei gaan vegen. Dan breekt ook de tijd aan dat zij weer territoriaal actief worden, let maar eens op de veeg- en krabsporen langs het wandelpad.
Bij de edelhertmannen ligt de cyclus van geweiopbouw vele maanden later. Juist in deze maand beginnen de eerste herten hun koptooi af te werpen. Een bijzondere, voor het hert ingrijpende, gebeurtenis, want nadat hij zijn gewei heeft afgeworpen verliest hij tijdelijk ook zijn status in het hertenroedel. Zo kan een jonger hert dat zijn gewei nog niet heeft afgeworpen zomaar de baas spelen over het onttroonde oudere hert.
Vanuit mijn werkkamer zie ik drie buizerds vanuit de boomkruinen omhoog cirkelen, het begin van een baltsvlucht? Een tikkeltje vroeg in het jaar, maar gezien de extreme klimaatverandering is de fenologische kalender al lang niet meer betrouwbaar. Ik moet bukken om het drietal nog door mijn venster te zien zweven, wolkenstralen verlichten als spotlights mijn altijd groene uitzicht. En de wolken? Die drijven steevast in de juiste koers: voorwaarts!